Een van de laatste woningprojecten aan de Groene Loper wordt de gedeeltelijk in laagbouw opgetrokken buurt in Le Sud, gelegen tussen de Kennedysingel en de zuidelijke Groene Loper. Hier komen een kleine negentig geschakelde luxe woningen. Aan de Groene Loper zelf worden deze ontworpen als statige herenhuizen, in de buurt daarachter als ruime gezinswoningen in een meer suburbaan woonmilieu. Architect Thomas Bedaux liet zich bij het ontwerp onder meer inspireren door de stijl van de bekende Maastrichtse architect Alphonse Boosten. Net als Boosten ontwerpt hij woningen en straatwanden die door verschillende elementen veel geleding vertonen en daardoor als geheel krachtiger en interessanter worden.
Van vader op (klein)zoon
Thomas Bedaux is een van de twee naamgevers van het in Goirle bij Tilburg gevestigde bureau Bedaux de Brouwer Architecten. Dit bureau met dertig medewerkers bestaat al sinds 1937. Het werd opgericht door Jos. Bedaux, de grootvader van Thomas Bedaux. ‘Opa’ Bedaux was een vooraanstaande Brabantse wederopbouwarchitect, die vooral bekend werd met zijn ontwerp van de Universiteit van Tilburg. Het bureau ging over naar de zoon van Jos. en in 2003 nam kleinzoon Thomas de fakkel over. Het bureau werkt door het hele land en heeft een breed repertoire, van projectmatige woningbouw en utilitaire gebouwen tot luxe villa’s voor particulieren.
Tijdloze gebouwen
Een belangrijk uitgangspunt voor Bedaux de Brouwer is dat het bureau tijdloze gebouwen wil ontwerpen. ‘Die filosofie heeft zeker te maken met het werk van mijn grootvader’, verklaart Bedaux. ‘Enkele van zijn gebouwen zijn inmiddels tot monument uitgeroepen. We zijn ons gaan afvragen waarom ze ook na zoveel decennia hun kwaliteit behouden. Het komt er op neer dat ze niet modieus zijn. Gebouwen gaan minimaal tientallen jaren mee. Je moet dus niet iets maken dat nu leuk en hip is, maar dat lang meegaat. Materialen spelen daarin een belangrijke rol. Daarom werken wij graag met baksteen, een materiaal dat mooi oud wordt.’
Vanuit de context
Tweede belangrijke element in de filosofie van Bedaux de Brouwer is dat het bureau graag binnen de bestaande stad werkt. ‘Als ik in het buitengebied fiets of wandel, word ik toch altijd een beetje teleurgesteld door de nieuwbouwwijken, hoe goed de architectuur ook is’, aldus Bedaux. ‘Bij nieuwbouw in een weiland wordt de creativiteit van de architect minder beproefd. Zijn rol komt dan minder tot zijn recht. Juist de beperkingen die het werken binnen de stadsgrenzen met zich meebrengt, leiden tot creatievere en betere oplossingen. We krijgen daar als bureau dan ook meer energie van.’
De context waarin Bedaux de Brouwer werkt, speelt dan ook altijd een grote rol in de ontwerpen. ‘We zijn ook hier in Maastricht gedoken in de geschiedenis en architectuur van de stad, hebben historische kaarten bestudeerd en zijn door de omliggende wijken gefietst en gewandeld’, vertelt Bedaux. ‘Wat dat heeft opgeleverd? Haha, om te beginnen kwam ik er achter dat mijn opa in de Grote Staat in Maastricht ooit een pandje heeft ontworpen voor zijn zus. Maar we zijn vooral ook in het werk van Alphonse Boosten gedoken, die hier veel heeft ontworpen vóór de Tweede Wereldoorlog.’
Overhoekse kwaliteit
Het werk van Boosten kent een paar opvallende en krachtige elementen, legt Bedaux uit. ‘Hij ontwierp rijzige en statige panden met een mooie belijning en veel geleding in de gevel. Dat bereikte hij met bijvoorbeeld schoorsteenelementen, erkers die naar buiten komen en voordeuren die dieper terug lagen. Die plasticiteit maakt een straatwand interessanter en sterker. Het geeft er reliëf aan. Dat is belangrijk omdat een voorbijganger een straatwand haast nooit frontaal beleeft. Hij staat er niet pal voor, maar kijkt er langs. Daarom moet een straatwand ook een overhoekse kwaliteit hebben.’
Die overhoekse kwaliteit krijgen de statige herenhuizen van Bedaux aan de Groene Loper door net als Boosten een geleding aan te brengen in de gevels, met onder meer dieper liggende nissen voor de entrees. De woningen krijgen bovendien een brede beukmaat waarin een klassieke plattegrond mogelijk is, met een voor- en achterkamer en opzij de gang met utilitaire zaken als toilet en trap naar boven. De woningen achter de Groene Loper worden lager en komen orthogonaal naast elkaar te liggen. Dat leidt tot een gekartelde straatwand. ‘Iedere woning wordt daarmee individueel herkenbaar. Daarbij voegen we aan de voorkant van de woningen een tuinkamer toe, waardoor mensen ook opzij de straat in kunnen kijken’, aldus Bedaux. ‘Vanwege de kromming in de straten kijken ze daarbij toch niet in de tuin van de buren. In het oorspronkelijke stedenbouwkundige plan stonden de woningen overigens ingetekend als tweekappers. We hebben onze opdrachtgever ervan kunnen overtuigen er geschakelde woningen van te maken. Dan worden de gevels interessanter met een rijkere detaillering. Bovendien ontstaat zo ruimte om in de straatwanden rijkelijk groen op te nemen en mooiere zichtlijnen te maken. Door de woningen te schakelen, bieden ze aan de kant van de Kennedysingel als één samengesmolten massa ook een goed tegenwicht tegen de hogere appartementengebouwen aan de overkant.’
Bijzondere drager
Als we Thomas Bedaux spreken, zit hij in de laatste schetsfase voordat er een Voorlopig Ontwerp wordt gemaakt. De precieze verkaveling van de woningen is nog niet rond en Bedaux zoekt nog naar een goede oplossing in de hoek van de straatwanden aan de kant van de woontoren. Bedaux vertelt dat hij er in Maastricht al goede voorbeelden van heeft gezien. Hij is verder te spreken over de manier van werken in Maastricht. ‘Om de drie weken bespreken we de voortgang met de twee supervisors Edzo Bindels en Fred Humblé, onze opdrachtgevers en de stedenbouwkundige van de gemeente. Het is waardevol dat zij ons ondersteunen om de hoge kwaliteit te blijven borgen. Mensen die fris tegen een opgave aankijken, houden je scherp. Overigens zijn in de workshops geen andere architecten betrokken. Wat dat betreft wijkt de werkwijze bij ons project in Le Sud wel af van die bij de andere projecten. Reden daarvoor is dat het altijd de bedoeling is geweest om deze buurt, waar je straks mooi en tijdloos kunt wonen, een geheel eigen identiteit te geven.’
Slotvraag aan Bedaux is in hoeverre hij het werken aan de Groene Loper onderscheidend vindt. ‘Als je zoals wij zo sterk vanuit de context werken, is eigenlijk iedere plek wel onderscheidend. Maar wij worden toch vooral geïnspireerd door plekken die een bijzondere drager hebben. En die is hier met de Groene Loper duidelijk aanwezig.’
Heeft u nog geen account, dan kunt u zich registreren als belangstellende.
Account aanmaken